Terug naar "Fout en niet fout"

“De wijn heeft sulfiet”

Bijna alle of eigenlijk alle wijn bevat sulfiet. Sulfiet staat voor de stof zwaveldioxide en dat is een conserveermiddel. Het zorgt ervoor dat een wijn niet voortijdig veroudert (oxideert) en dat micro-organismen zoals gisten en bacteriën, die altijd in wijn aanwezig zijn, niet meer actief zijn. Daardoor blijft een wijn fris en zuiver van geur en smaak en zal, bij wijn die geschikt is om te ouderen, het rijpingsproces geleidelijk plaatsvinden.

Sulfieten in wijn

Maar sulfiet heeft ook minder mooie kanten. Als de wijnmaker te veel sulfiet toevoegt, om er bijvoorbeeld zeker van te zijn dan de wijn niet  snel veroudert, dan kan de geur prikkelend worden. Dat is een onaangename sensatie in de neus en het eigenlijke aroma van  wijn wordt erdoor weggedrukt. Bovendien kan sulfiet hoofdpijn veroorzaken. Sommige wijnen hebben meer sulfiet nodig voor de conservering dan andere, bijvoorbeeld zoete wijnen.

Vanwege de negatieve aspecten van sulfiet, het is uiteindelijk een giftige stof, niet alleen voor micro-organismen, maar ook voor de mens bij hogere doseringen, gebruiken sommige wijnmakers helemaal geen sulfiet. Dat maakt de wijn wel kwetsbaar en zal opslag en transport van wijnen zonder toegevoegd sulfiet zorgvuldig en bij lage temperatuur moeten plaatsvinden. Tot slot: alle wijn bevat wel iets van sulfieten. Bij het vergistingsproces maken de gistcellen hele kleine hoeveelheden sulfiet aan, die dus van nature in de wijn voorkomen.

Door Gerhard Horstink – oenologue van de Universiteit van Bordeaux ©.


  Terug naar "Fout en niet fout"
Even geduld a.u.b.